Nasi Gurih

Ingrediënten

  • 200 gram rijst (ongeveer, minder mag ook)
  • ruim 3 dl water en ¼ blokje santen (= 50 gram of iets minder)
  • santen is een gedroogde cocoscrème in blokjes, te koop bij Toko
  • 1/4 spriet sereh (citroengras) in stukjes van ca. 3 cm (kan worden ingevroren), te koop bij Toko
  • klein mespuntje kruidnagelpoeder (voorzichtig, doordringende smaak)
  • 1 mespunt nootmuskaat
  • beetje (versgemalen) peper
  • 1 salam blaadje (of laurier)
  • zout

N.B. Ik gebruik graag “parboiled” rijst, die voorgekookt is in de schil en daarna gepeld. De voedingsstoffen blijven behouden.
Niet te verwarren met voorgekookte snelkookrijst.

Bereidingswijze

2 personen

Breng het water met de verkruimelde santen en wat zout aan de kook (deksel op de pan), en roer tot dat de santen is opgelost.
Doe de rijst erin.
Doe de sereh, kruidnagel, nootmuskaat, salamblad en peper erbij en breng de rijst weer aan de kook. Ze het vuur laag.
Kook de rijst zachtjes 15 minuten (of volgens gebruiksaanwijzing) en doe het vuur uit. Let op dat er water genoeg is, anders iets erbij doen.
Laat de rijst nog minstens 5 minuten staan met het deksel op de pan (niet doorroeren). Haal de sereh en het salamblad eruit!

Opdienen met:

Indonesische gefruite uitjes (kant en klaar).
Geroosterde ongezouten pinda’s of seroendeng.
Eventueel Quorn satéstukjes, gebakken groenteballetjes of pittige roerbaktofu e.d.
Lekker: Mango Chutney.
Een gebakken banaan per persoon erover maakt het nog lekkerder. Gewoon de schil eraf, in de lengte halveren, even in boter of zonnebloem- of sesamolie bakken en dan nastoven tot de banaan zacht begint te worden. Onrijpe bananen worden zo ook nog lekker.

Nasi Koening

Ingrediënten

  • 200 gram rijst (parboilet, die bij Nasi Gurih)
  • ruim 3 dl water en 50 gram santen (gedroogde cocoscrème)
  • 1 mespunt kurkuma = geelwortel
  • 1 serehstengel
  • 1/2 jeruk purutblad (of laurierblad)
  • eventueel ½ of 1 pandanblad
  • snufje zout

Bereidingswijze

2 personen

Breng het water met de verkruimelde santen en wat zout aan de kook (deksel op de pan), en roer tot dat de santen is opgelost.
Het moet vrij dik worden, minstens als koffieroom, anders wat santen erbij.
Doe de rijst erin en de sereh, kurkuma, jeruk purut en eventueel pandan.
Breng weer aan de kook en laat heel zachtjes 15 minuten gaarkoken (of volgens gebruiksaanwijzing rijst) met deksel op de pan.
Vuur uitdraaien en nog minstens 5 minuten met deksel op de pan laten staan.
Gebruik op dezelfde manier als Nasi Gurih.

Gado- Gado

Ingrediënten

Groenten:

  • 2 aardappelen
  • 100 gr sperzieboontjes, in reepjes van ca. 4 cm
  • ¼ witte kool (Chinese paksoi, spitskool of witte kool) in fijne reepjes (of bloemkool in kleine roosjes):
  • 50 gr. Worteltjes, rauw, in niet te dunne reepjes gesneden, 4 cm lang
  • 150 gr taogé (ontkiemde boontjes, lijkt op alfalfa maar veel dikker)
  • stuk rauwe komkommer van ca. 10 tot 15 cm, in grote dobbelstenen
  • eventueel beetje (veld)sla of rauwe spinazie
  • 2 hardgekookte eieren (natuurlijk biologisch)
  • gebakken kroepoek (cassave of emping; gewone kroepoek is niet vegetarisch)
  • Eventueel extra: gefruite Indonesische uitjes en/of seroendeng (geroosterde kokos/pinda’s)
  • ongeveer 200 gram tahoe in dobbelsteentjes (of gekruide roerbaktahoe)

Saus:

  • kleine ui, gesnipperd
  • 1 teentje knoflook, uitgeperst of heel fijn gesneden
  • 1 theelepel sambal oelek (of wat verse rode peper, gesnipperd zonder zaadjes)
  • 250 gr pindakaas (of 200 gram fijngemalen geroosterde pinda’s)
  • 150 ml melk of kokosmelk (geen santen, te zoet), water mag ook
  • eventueel citroensap (klein scheutje), niet noodzakelijk maar versterkt wel de smaak
  • ketjap manis (zoete sojasaus) ongeveer 5 eetlepels
  • donkerbruine suiker of Gula Djawa (2 volle kleine theelepels) en liefst scheutje gembersiroop

Bereidingswijze

3 of 4 personen

Saus bereiden:
Uitje zachtjes bakken/stoven tot het bruingeel en zacht is (niet bruin bakken). Als u rode peper gebruikt, deze meebakken.
Op het allerlaatst de uitgeperste knoflook toevoegen en heel even meebakken.
(Kokos)melk verwarmen, pindakaas er in oplossen (of gemalen pinda’s er door roeren). Net niet aan de kook brengen. Goed roeren.
Klein mespuntje zout erbij.
Tenslotte de sambal (eventueel), citroensap, ketjap, Gula Djawa of bruine suiker en wat gembersiroop (bijv. uit potje geconfijte gember) erdoor roeren en de saus even aan de kook brengen en al roerend heel zachtjes laten sudderen.
Waarschijnlijk wordt de saus heel dik; doe er dan nog wat water, melk of kokosmelk bij tot hij dik maar niet te stijf is. De ene houd van heel dikke saus, ik heb ze liever enigszins schenkbaar.
Nu de saus even proeven, zo nodig ketjap, zout, suiker, gemberstroop en/of sambal erbij doen.
WEES VOORZICHTIG MET SAMBAL kun je er later nog door roeren.

Eenvoudige pindasaus: pindakaas, sambal, ketjap, bruine suiker, water (of melk) en eventueel heel klein beetje citroensap. Roer dit door elkaar en breng even aan de kook. Te dik: wat vocht erbij. Proeven en eventueel op smaak brengen, zie boven.

Groenteschotel bereiden:
Aardappelen wassen, schillen en in dobbelsteentjes snijden. Net gaar koken, meestal 10 minuten of iets langer, niet te lang..
Boontjes eveneens net gaar koken zodat ze nog knapperig zijn (ongeveer 10 minuten?)
Kool even roerbakken in een beetje olie.
Of de bloemkoolroosjes ongeveer 10 minuten of korter koken (knapperig!)
op papier
Taugé in een vergiet doen en vlak voor het opdienen met kokend water overgieten.
Op een schaal de grof gesneden sla of spinazie schikken.
Daarop de aardappel-blokjes verdelen.
De overige groente erover verdelen. Eventueel de warme, gebakken tahoeblokjes erover strooien.
De taugé erop leggen.
De koude of warme eieren in dikke plakken snijden en op de groenten leggen.

Snelle groenteschotel: neem minder soorten groenten, bijv. kool en/of aardappelen weglaten of gebruik restjes. wel. Of alleen sperziebonen en wortel (met eventueel aardappel).
Taugé is wel belangrijk voor dit gerecht.
Eigenlijk is bijna elke groentecombinatie te gebruiken
Witlof, bieten, spruitjes, boerenkool, rode kool ed. zijn niet geschikt; heel kort gekookte broccoli wel. Hoewel, spruitjes? Misschien.

De vrij warme saus er overheen schenken (of apart bij geven),
Versieren met kroepoek.
Geef er gekookte rijst bij en eventueel schaaltjes gefruite uitjes en/of seroendeng.
Ik vind zilvervliesrijst niet zo lekker maar neem meestal de zeer gezonde (biologische) “parboiled” rijst. Die is in de schil gekookt en daarna gepeld. Zo blijven de voedingsstoffen in de korrel behouden. Dit is niet hetzelfde als voorgekookte snelkookrijst! Enfin, elke soort rijst is eigenlijk lekker.


Als toetje of erbij eventueel ook de vruchtenschotel Roedjak Manis.

Met dank aan Carla den Brok van de vegetarische kookcursus in Uffelte. DIt gado-gado recept is veel beter dan het mijne, al heb ik het een beetje aan mijn smaak aangepast.

Roedjak Manis

Ingrediënten

  • 1 ½ zoetzure appels
  • 1 ½ peren
  • ½ komkommer
  • 1 banaan
  • ¼ verse ananas of 2 schijven uit blik
  • 100 gram Gula Djawa of donkerbruine suiker (wat minder mag ook)
  • ½ dl water
  • citroensap ½ eetlepel
  • ½ afgestreken theelepel sambal oelek (begin met wat minder, kleine mespunt bijvoorbeeld)

Bereidingswijze

2 personen

Was de vruchten en komkommer maar schil ze niet, behalve de bananen
Snijd ze in blokjes, ook de ananas en de bananen in plakjes.
Doe de suiker en water in een steelpannetje en breng zachtjes aan de kook.
Blijf roeren totdat de suiker smelt.
Doe sambal en citroensap erbij en laat de saus tot een stroopje inkoken.
Voorzichtig met sambal!
Laat de saus afkoelen en schenk over de vruchten.

Een andere combinatie van vruchten kan natuurlijk ook, of laat de peren weg en neem 2 appels. De komkommer maakt het lekker fris.

Te gebruiken als bijgerecht bij Indonesische gerechten, vooral Gado-Gado, of als nagerecht (dan heel weinig sambal gebruiken).

Nasi Goreng

Ingrediënten

  • 150 tot 200 gram zilvervlies- of parboiled rijst, koken volgens gebruiksaanwijzing en zo mogelijk laten afkoelen.
  • 1 of 2 fijngehakte teentjes knoflook
  • 250 gram (ongeveer, minder mag ook) pittige roerbaktofu
  • 2 grote of 2 kleine uien in niet te kleine blokjes gesneden
  • 1 middelgrote prei in ringetjes (snijd het zachtste deel van het groen in flinterdunne ringetjes en houd deze apart)
  • 2 eetlepels ketjap manis
  • 1 mespunt sambal oelek (of meer)
  • 1 niet te volle theelepel djinten (gemalen komijn)
  • 2 idem ketoembar (gemalen koriander)
  • 2 of 3 eetlepels olie (olijf- of zonnebloem) of margarine

    eventueel: seroendeng (geroosterde kokos met pinda’s) en/of gefruite uitjes (kant-en-klaar gekocht)

    eventueel: mango chutney en atjar tjampoer (of zoetzure komkommerschijfjes)

 

Bereidingswijze

2 personen

Roerbak de uien en prei ongeveer 3 of 4 minuten in de niet te hete olie of boter, tot alles zacht begint te worden.
Bak de knoflook op het laatst zachtjes even mee.
Bak het fijngesneden groen van de prei dus niet mee.
Voeg de djinten en ketoembar bij het uienmengsel., goed roeren en even mee fruiten.
Dan gaat de ketjap en sambal erbij. De hoeveelheden zijn eigenlijk een kwestie van smaak, dus uitproberen. Liever niet teveel sambal, die kan er later ook bij.
Bak de stukjes pittige roerbaktofu in een andere pan, tot ze een beetje knapperig zijn.
Doe de Tofu bij het uienmengsel en roer alles even om (zie bij N.B.)

Tenslotte doet u er de gekookte rijst door en nu moet het geheel weer even bakken, want nasi goreng betekent “gebakken rijst” .
Van het vuur af wordt het fijngesneden groen van de prei erdoor geroerd.

Erbij: atjar tjampoer of zoetzure komkommerschijfjes en seroendeng of geroosterde pinda’s en gefruite uitjes.
Ook lekker erbij: gekookte sperzieboontjes, eventueel met pindasaus (zie recept bij de sauzen).
Een omelet of spiegelei kan er natuurlijk ook bij.

Alternatieven: de prei en kruiden kunt u desnoods vervangen door kant- en klaar gekochte nasigroente en -kruiden, maar vers is lekkerder.
Het is niet absoluut nodig om deze Tofu voor te bakken, het kan er ook direct door tegelijk met de ketjap en sambal. Gebruikt u “gewone” zachte Tofu, dan vooraf in blokjes snijden, marineren in sambal en ketjap (minstens 1 uur), goed droogdeppen met keukenrol en in een aparte pan knapperig bakken. Niet meestoven maar helemaal op het laatst door de nasi mengen.
Wilt u de Tofu weglaten, gebruik dan hetzelfde recept en neem wat meer geroosterde pinda’s.

Zoetzure komkommer: snijd komkommer in heel dunne plakjes, doe ze in een schaaltje met wat citroensap of zachtzure azijn, zout en gula djawa of bruine suiker. Laat een poosje intrekken. Wie van pittig houdt, doet er een beetje sambal oelek bij.